OOWGEDS IN BILLEKES : LES 16, p. 60, 61, 62 en 63

LES 16, p. 60 en 61
Voor de juiste uitspraak en schrijfwijze, zie bij Publicaties op deze website: Praktische Grammatica, p. 17 – 22, of Lexicon van het Hoegaards dialect, p. 7 – 14.
- Woordenschat: Deujf = dief / inbrèèke = inbreken / slowàge = slaan / owale = halen / léngkerand = linkerhand / ploeweje = plooien / koeroeur = wielrenner / rowàjes = wielen / lOEPschoowne = loopschoenen / rééjà = rijden / numeràw = nummer / koersvelo = koersfiets / spàjle = spelen
- Voltooide deelwoorden: zie hoofdtijden (Grammatica p. 58 en 59) / inbrèèke, ingebràwke / slowàge, geslowàge / ploeweje, geploewejd/, rééjà, geràje / owale, gèld / kàwme, gekàwme
- Aanwijzende voornaamwoorden (Grammatica p. 50) / dàjs daj / déé daj / dàjs vinster / = bijvoeglijk / dèè lOEpe = zelfstandig
- Bezittelijke voornaamwoorden (Grammatica p. 52, 53) / aas iejel kot = gans ons huis / men twieje anne = mijn beide handen / men rèchterand = mijn rechterhand / mene vénger = mijn vinger
- Woordenschat rond sport en vrije tijd (Grammatica p. 138, 139) / koersvelo / koeroeur/ sjotte / foetbal / baskét/ lOEpe
- Persoonlijke voornaamwoorden (Grammatica p. 47) / da doow ter gààre = dat doet hij graag . In klassiek Hoegaards ‘ter’, maar ook ‘em’ wordt gebruikt

LES 16, p. 62 en 62
Voor de juiste uitspraak en schrijfwijze, zie bij Publicaties op deze website: Praktische Grammatica, p. 17 – 22, of Lexicon van het Hoegaards dialect, p. 7 – 14.
- Woordenschat: wéngkel = winkel / billeke = prentje / kààrke = karretje / broewed = brood / bèkker = bakker / vlowàj = taart / gatàw = gebak / stek = stuk / betowale = betalen
- Gebruik rangtelwoorden (Grammatica p. 46) / iejeste, twide, dèrde
- Vervoeging zéng = zien (Grammatica p. 60) / ich zéng, gèè zeujt, ééjà zeujt … Onder invloed van andere dialecten wordt ook ‘zeujn’ in de infinitief gebruikt en ‘ich zeujn’
- Woordenschat rond winkels en handelszaken (Grammatica p. 127, 128)
- Vervoeging ‘betowale’ / ich betowal, gèè betèlt, ééjà betèlt, wèlle betowale …
- Kààrke (verkleinwoorden, grammatica p. 88, 89, 90)